Dit is volledig afhankelijk van het weer, hier bestaat helaas geen duidelijke vuistregel voor. Het is belangrijk om de graszoden en de ondergrond goed vochtig en donker van kleur te houden. Controleer dit door voorzichtig een hoekje van de graszode op te tillen.
Zolang de graszoden er fris en groen uitzien is er niks aan de hand. Sproei bij erg zonnig weer niet alleen ‘s avonds maar ook midden op de dag. Naarmate de graszoden vastgroeien kun je langzaam gaan minderen.
Bij gemiddelde temperaturen zijn de graszoden na ongeveer 14 dagen volledig vastgegroeid. Kinderen of huisdieren kunnen er dan al vlot op spelen. Laat voor die tijd het gras zo veel mogelijk met rust, de sproeier verzetten is natuurlijk geen probleem.
Na ongeveer 14 dagen zijn de graszoden voldoende vastgegroeid om hun eerste maaibeurt te krijgen. Maai per keer niet meer dan 1/3 van de hoogte van het gras af. Streef na enkele maaibeurten naar een vaste maaihoogte van 3 cm.
Maai in het vroege voor- en in het late najaar 1 tot 2 keer per week en in de tussenliggende periode 2 tot 3 keer per week.
Een graszode bestaat onder andere uit een dun laagje grond welke is voorzien van bemesting vanuit de teelt. Zodra deze na enkele weken is uitgewerkt moet de grasmat zich voorzien van voeding vanuit de grond waarop de zode is gelegd.
Wanneer deze grond niet rijk is aan voedingsstoffen is het dus tijd om de voedingsvoorraad aan te vullen. Dit bereik je door het gazon te gaan bemesten.